dinsdag 5 november 2024

Een parade van bijzondere paddenstoelen

Het mooie weer houdt aan en dankzij de windstilte blijven de blaadjes lang aan de bomen hangen.

Met windstil weer kun je nog lang genieten van herfstkleuren

Vandaag wordt het merendeel van deze blog gevuld met paddenstoelen die er niet traditioneel uitzien, als in: steel met een hoed. Voor twee soorten maak ik een uitzondering.

De violette gordijnzwam is geen algemene verschijning in Nederland; ik ben hem nooit eerder tegengekomen. Ze komt vooral voor op arme zandgronden in het oosten van het land en leeft daar in symbiose met eiken en dennen op een dikke humuslaag. Wij zagen hem in een Veluws bos. 

Violette gordijnzwam

Gordijnzwammen vormen het grootste geslacht binnen plaatjeszwammen (meer dan 2.000 soorten). Met ongeveer 300 soorten zijn de gordijnzwammen het meeste soortenrijke paddenstoelengeslacht van Nederland en België. Gordijnzwammen hebben een roestbruine sporenprint. Ik meen op bovenstaande foto deze verkleuring op de steel te zien.

Een gemeenschappelijk kenmerk van alle soorten in dit geslacht is dat jonge exemplaren een gordijn hebben tussen de hoed en de steel.  De meeste vezels van het gordijn laten nauwelijks sporen achter als de paddenstoel groeit. Bij het volwassen exemplaar dat ik vond was het 'gordijn' al weg. Ik was wel benieuwd hoe dit eruit ziet, dus heb ik een plaatje op Wikimedia gezocht:

Foto: natureluvr01 - Cortinarius violaceus, Wikimedia
Het 'gordijn' onder de hoed van de jonge paddenstoel

Een andere paddenstoel die ik nooit eerder heb gezien is de spechtinktzwam. Wie het verenkleed van de grote bonte specht kent, weet waar deze naam op slaat. De witte schubjes op de bruine hoed doen denken aan de vleugelveren van de specht. Ook de spechtinktzwam is niet zo'n algemene soort, dus prachtig dat we de kans hadden om 'm te bewonderen op een groenstrook midden in Ermelo. Wij zagen twee exemplaren, tamelijk verspreid. Ze staan meestal alleen onder beuken. Net als bij andere inktzwammen vervloeit de hoed tot een inktachtige substantie waarmee de sporen op de grond of langslopende dieren druipen. 

Spechtinktzwam, een prachtig paddenstoeltje

Grote bonte specht
Foto: hedera.baltica from Wrocław, Poland - Wikimedia

Tijdens onze herfstwandelingen roken we menigmaal de weeïge stank van de stinkzwam, maar hoe we ook speurden, we zagen 'm niet. Gisteren hadden we 'm dan toch eindelijk in het vizier. De groenbruine slijmerige substantie met de sporen was al helemaal door vliegen 'weggewerkt'. De grote stinkzwam komt met behulp van een eiertand uit een 3–6 cm grote knol die in de volksmond met heksen- of duivelsei wordt aangeduid. Daaruit strekt zich in enkele uren de 10–20 cm lange poreuze en holle steel. De hoed van de paddenstoel is dan met een groene slijmerige sporenlaag (gleba) bedekt die een zeer penetrante aasgeur verspreidt, zelfs tegen de wind in te ruiken. De stank trekt vliegen en kevers als de oranje aaskever aan die voor de verspreiding van de sporen zorgen. De schone hoed is wit tot lichtgeel en heeft een kleine opening aan de top. De zwam lijkt dan wel op morieljes
Op Vroege Vogels zag ik deze timelapse van de groei van de stinkzwam. 

Grote stinkzwam

Een andere mooie vondst is de gekraagde aardster. Deze komt wijd verspreid voor in ons land, behalve in de polders/weidegebieden. Toch zie ik 'm niet vaak. De aardster begint uivormig ondergronds, maar bij rijping splijt de buitenwand in diverse slippen waardoor de binnenkant iets omhoog wordt getild. In het bolletje zitten de sporen. Wanneer de paddenstoel is verdroogd zorgen regendruppels ervoor dat de sporen uit het bolletje naar buiten wolken. Enigszins toepasselijk in deze tijd: mij doen de dikke witte slippen altijd denken aan marsepein :).

Gekraagde aardster

Dan zijn er nog zwammen die klein en sprieterig groeien. Het geweizwammetje is vrij algemeen en kun je op dood hout in parken zien. De geweizwam is een kleine zwam tot 7 cm hoog. Aan de bovenkant komen vaak vertakkingen voor, waardoor de gelijkenis met een gewei ontstaat. In hun jeugd zijn ze bedekt met een wit poeder. Dit zijn de sporen die in de ongeslachtelijke fase worden voortgebracht. Later in gaan ze over tot de geslachtelijke fase. De kleur verandert dan naar zwart en de sporen zitten niet meer aan de buitenkant. Deze soort behoort tot de zakjeszwammen.

Geweizwammetjes op een boomstronkje,
de beige/witte zwam eronder is de grijze buisjeszwam

Ongeveer net zo klein, maar met een ander uiterlijk en behorend tot een andere familie (gek genoeg niet de koraalzwammen :)) is het kleverig koraalzwammetje. Deze leeft als saprofyt (houtopruimer) op stammen van naaldbomen. De vertakkingen voelen rubberachtig aan en zijn makkelijk te buigen zonder dat ze afbreken. Dit in tegenstelling tot de koraalzwammen, waarbij de vertakkingen meestal erg broos zijn. 
Door zijn felle kleuren is hij nauwelijks te missen. Het vruchtlichaam is 4-8 cm hoog. Als het door gras of mos moet groeien kan het zelfs 15 cm hoog worden.

Kleverig koraalzwammetje

Dan vonden we nog de rechte koraalzwam. Dit is een schimmel die behoort tot de steeltjeszwammen. Het vruchtlichaam is meervoudig vertakt en doet denken aan koraal. De rechte koraalzwam komt voor op plantenresten, takken, houtsnippers en stronken van loofbomen en naaldbomen. De vorm die op loofhout groeit, is doorgaans meer oranje en minder bossig dan die op naaldhout. Het komt vooral voor op beuken, iepen en eiken. Voor zover ik het kon achterhalen is dit wel een echte koraalzwam. 

Rechte koraalzwam

De grote sponszwam komt voor op zandgrond in open bossen aan de voet van boomstammen en op stompen van naaldbomen, vooral op grove den. Verder komt ze voor op larix, fijnspar en douglasspar. De paddenstoelen zijn van juli tot december te vinden, maar vooral in september en oktober. Ze zijn eetbaar en kunnen uitgroeien tot echte joekels van wel 40 cm breed en 2-5 kilo zwaar! Voor deze soort moet je in het oosten van het land zijn. 

Grote sponszwam

Om bij het naaldhout te blijven: op dennenkegels vonden we deze piepkleine paddenstoeltjes. De vruchtlichamen van de muizenstaartzwam zijn tussen de 0,5 en 2 cm groot. Ook op sparrenkegels kun je ze vinden. Het zijn saprofyten, dus ze breken de kegels af. 

Muizenstaartzwam

Tot slot nog een nestje om mee af te sluiten. Het bleek nestzwammetje (ook een saprofyt) heeft een paar eitjes in het nestje liggen. Die 'eitjes' bevatten de sporen. Eerst zitten de eitjes met een wit draadje aan de binnenkant van de beker of aan elkaar vast. Later raken ze los en worden door de regen uitgespoeld. De eitjes hebben een stevig omhulsel met daarin sporen. Die verstuiven zoals bij stuifzwammen.

Bleek nestzwammetje

Zo dat was het voor deze keer. Hopelijk inspireert deze blog je om naar buiten te gaan, op zoek naar bijzondere verschijningen uit het zwammenrijk. 

In gemengd naald/loofbos kun je veel paddenstoelen vinden






zaterdag 2 november 2024

Paddenstoelen in lipstickkleurtjes

Het is een goed paddenstoelenjaar. Sinds september heb ik 123 soorten paddenstoelen gevonden. Informatie over zoveel soorten kan natuurlijk niet allemaal in één blog worden gepropt. Vandaag heb ik er een aantal uitgepikt in een kleurrange die je minder vaak ziet. Veel paddenstoelen zijn (licht)bruin, gelig of beige. Maar de selectie van vandaag heeft een kleurenpalet van teer roze tot fel rood: lipstickkleurtjes!

Lipstickkleurtjes
Foto O Boticário SPFW - Flickr: Batons Make B., Wikimedia

Om te beginnen vroeg ik me af waarom paddenstoelen überhaupt (dat soort) kleuren hebben. Ze verspreiden sporen om zich voort te planten en hoeven dus geen bestuivers aan te trekken om te helpen bij de voortplanting. Ook moeten ze zorgen dat ze niet opgegeten worden, dus dan lijkt een schutkleur meer op zijn plaats. Of ligt het toch anders? Pigmenten kunnen (mede) de smaak van de paddenstoel bepalen. Een onaangename smaak voorkomt vraat waardoor de vruchtlichamen langer overleven om sporen aan te maken en deze te verspreiden. De pigmenten kunnen ook dienen als een soort natuurlijke zonnebrandcrème voor paddenstoelen waardoor de sporen beter beschermd zijn. Anderzijds helpt een donkere kleur de paddenstoelen om beter te overleven in koudere klimaten. Een groot Europees onderzoek lijkt aan te tonen dat zonnewarmte de reproductie van paddenstoelen kan verbeteren. En die warmte wordt beter vastgehouden als de paddenstoel een donkere kleur heeft. Tenslotte wordt gedacht dat kleurpigmenten paddenstoelen beschermen tegen bacteriële indringers. Tsja, het moeilijke met waarom-vragen in de natuur is dat planten, dieren en paddenstoelen deze vragen niet zelf kunnen beantwoorden :). Er is nog veel onderzoek nodig om dit allemaal te begrijpen en verklaren. Afijn, hier komt de lipstickparade!

Gewoon elfenschermpje
We begin met een zoet roze paddenstoeltje. Het gewoon elfenschermpje is een saprofyt die leeft op strooisel, vaak bij eiken, beuken of sparren. Ze heeft een radijsgeur. Deze soort lijkt erg op het heksenschermpje, zie foto hieronder. Deze paddenstoel is giftig door de aanwezigheid van muscarine (dit gif zit ook in de vliegenzwam). 

Heksenschermpje

Toen ik bovenstaande foto thuis op het grote scherm van de computer bekeek, zag ik op de hoed van de linker paddenstoel dunne sprietjes met een donker knopje uitsteken. Dit bleek de mycenaparasiet Spinellus fusiger. Tijdens de reproductieve fase van zijn levenscyclus groeit Spinellus fusiger door de hoed van de paddestoelgastheer en breekt uiteindelijk door om uitstralende reproductieve stengels (sporangioforen) te produceren met minuscule, bolvormige, sporenbevattende structuren die sporangia worden genoemd. Uiteindelijk komen de sporen in de sporangia vrij na het afbreken van de buitenste sporangiale muur, waarbij ze passief via wind, water en insecten naar nieuwe locaties worden verspreid.

Heksenschermpje met Mycenaparasiet Spinella fusiger

Een paddenstoelenfamilie met veel mooie kleurtjes zijn de russula's. Tegelijk is deze groep gekmakend voor het determineren want de soorten lijken zo veel op elkaar dat een app als ObsIdentify ze (ook) niet kan onderscheiden. Deze wist de app wel op naam te brengen als de roze berkenrussula. Een prachtig lippenstiftje, toch? De berkenrussula leeft in symbiose met (vooral) berken. De lamellen (waar de sporen in zitten) zijn wit bij deze soort.

Roze berkenrussula

Niet zo'n bijzondere foto's, maar deze russula kende ik nog niet en past mooi in het thema: de abrikozenrussula. Ze heeft niet alleen een zachtoranje kleurtje aan de bovenkant maar ook de lamellen zijn bleekoranje. De app was vrij zeker van de determinatie van deze soort (in tegenstelling tot menige andere russula), maar de verspreidingskaart laat maar weinig waarnemingen van de abrikozenrussula in Nederland zien. Ik ben benieuwd of ik hier nog iets van hoor van een validator van waarneming.nl :). De soort staat wel als 'algemeen voorkomend' te boek. Misschien zien veel mensen deze over het hoofd of denken ze dat het een verbleekte andere soort is. 

Abrikozenrussula

De lamellen van de abrikozenrussula zijn ook abrikooskleurig

Dan komen we bij de pittiger kleurtjes. De oranjerode stropharia is een saprofyt die leeft op houtsnippers (en op takjes zoals je op de foto ziet). Bij het takje zie je de schimmeldraden uitsteken. Het mycelium zit (in dit geval) echt alleen in dat takje, want ik kon het geheel zo optillen.

Oranjerode stropharia

Voor een avondje uit nemen we de felste lipstickkleur en dat is vandaag de zwartwordende wasplaat. Hij leeft als saprotroof in niet of weinig bemeste graslanden, vochtige duinvalleien, wegbermen en rietlanden. Wij kwamen 'm tegen op een grassig stukje op de heide. De kleur varieert van oranje tot rood en de zwarte kleur ontstaat door veroudering. Dit kabouterachtige mutsje is vrij klein maar door zijn kleur valt-ie wel op als je even goed speurt. 

Zwartwordende wasplaat

Zwartwordende wasplaat

Wellicht ten overvloede: natuurlijk zijn deze paddenstoelen niet geschikt om op je lippen te smeren!