zaterdag 29 december 2018

Terugkijken & beste wensen



Bedankt voor jullie interesse in mijn blog in het afgelopen jaar. Ik hoop dat ik er in het nieuwe jaar weer vaak op uit kan trekken en mijn natuurervaringen met jullie kan delen door middel van mijn films en interessante weetjes. Ik wens je een goede jaarwisseling en het allerbeste voor 2019. 

Ter afsluiting van 2018 een video met fragmenten uit filmpjes die ik dit jaar heb gemaakt, met een knipoog naar het kleurschema RGB (rood, groen, blauw) dat de vele kleurschakeringen in digitale camera's en op beeldschermen produceert. Meer daarover kun je lezen op Wikipedia.

E-mailabonnees kunnen hier klikken om het filmpje te bekijken. 


Graag tot ziens in het nieuwe jaar, Monique

zaterdag 22 december 2018

Mijn film Struinen in Park Zegersloot is te zien in Parkvilla Filmhuis


In de afgelopen 1,5 jaar heb ik gewerkt aan een film over het Alphense natuurgebied Park Zegersloot, waar veel IVN activiteiten plaatsvinden of starten vanuit bezoekerscentrum De Veenweiden. Met trots kan ik jullie vertellen dat deze natuurfilm, Struinen in Park Zegersloot, wordt vertoond in Parkvilla Filmhuis in Alphen aan den Rijn, op zaterdag 26 januari om 19.15 uur, dinsdag 29 januari om 15 uur en op Koningsdag om 14 uur en 15.30 uur.
Je kunt online kaarten reserveren en ophalen aan de kassa of een online ticket kopen via onderstaande link. Een kaartje kost maar 5 Euro en de netto opbrengst komt volledig ten goede aan IVN Alphen aan den Rijn!


Klik hier om naar de site van Parkvilla filmhuis te gaan voor online reserveringen of tickets.
Bij 'kies een dag' kun je de gewenste datum en tijd kiezen. Informatie over route en parkeren, klik hier.
In onderstaande trailer (e-mailabonnees, klik hier) kun je vast een voorproefje zien van de film. 


Fijne kerstdagen!




zaterdag 15 december 2018

Natuurlijk ooibos

Ooibos langs de Donau
Deze week zie je in de film het laatste verslag van onze reis over de Donau. We bezochten Roemenie's hoofdstad Boekarest, die overigens niet aan de Donau ligt, maar een uur rijden er vandaan. Wij gingen van boord in Giurgiu, en terwijl wij de stad bekeken ging de boot verder, om ons op een noordelijker punt weer op te pikken. De rest van onze reis voeren we dag en nacht stroomopwaarts, terug richting Passau. Zoals je gelezen hebt in mijn eerste blog over deze reis, ging dat niet bepaald snel, zodat we uiteindelijk in het stadje Melk (Oostenrijk) van boord zijn gegaan, en met de bus verder naar Passau zijn gereisd.
Langs de Donau zagen we vanaf de boot de oeverbossen die je ook in de eerder gepubliceerde filmpjes kon zien. Natuurlijke bossen langs rivieren worden ooibos genoemd. Ooi is een oud woord voor nat terrein bij een rivier. De Duitsers noemen dat Au en Auwald. Zo is er bij Wenen een mooi Auwald langs de oevers van de Donau. Een natuurlijk riviersysteem geeft een rivier vrij baan om water te verwerken. Omdat de aanvoer niet constant is, moet ook in tijden dat er veel water passeert ruimte zijn voor dit water. Als de rivier in één strakke baan geleid wordt, ontstaan er al snel overstromingen. Een natuurlijke rivier creëert nevengeulen in het ooibos met de beukende kracht van hoog water, zodat het ooibos als waterberging kan dienen. Langs de Donau zagen we voornamelijk wilgen en populieren in dergelijke bossen, dat wordt ook wel zachthoutooibos genoemd. Ooibossen ontwikkelen zich razendsnel (in bomentermen gesproken). Wilgen groeien er wel 1-2 meter per jaar en in 20 jaar tijd is er sprake van een goed ontwikkeld bos. Wilgen en populieren kunnen goed overleven met natte voeten, langs sommige rivieren staan ze bijna de helft van de tijd in het water. Bevers vinden zo'n dynamisch waterrijk bos een prachtige biotoop.
Knaagspoor van een bever
Zittend op het dek van de boot speurden we dan ook naar sporen van dit grootste knaagdier van Europa. In de zomer eten bevers voornamelijk groene planten, daar zie je weinig sporen van. In de winter knagen ze bomen om, om de schors te eten, daar kun je niet overheen kijken :). Eind oktober waren de sporen nog relatief dun gezaaid, maar hun aanwezigheid was wel vast te stellen. Hun 'watermanagement' door het bouwen van dammen, helpt om de diversiteit van het leven in een ooibos te vergroten. Dat zie je op bijgaande illustratie van ARK Natuurontwikkeling, die je via hun webwinkel gratis kunt downloaden.
Download deze kaart gratis bij ARK
Blauwe reigers langs de Donau
Ooibossen zijn ook het neusje van de zalm voor vogels. In jonge ooibossen zijn grote aantallen fitissen en tjiftjafs te vinden. Op meer open plekken kun je blauwborsten spotten of een buidelmeesnestje zien bungelen. Aalscholvers en reigers broeden er in de bomen. Als het bos ouder wordt, wemelt het van de nachtegalen en kun je de wielewalen horen zingen. In deze tijd van het jaar houden al die vogels zich koest, of overwinteren in het zuiden. We hoorden wel met regelmaat de spechten, die eten zoeken in vermolmde bomen. Afijn, genoeg reden om nog eens een keer in het voorjaar naar de Donau te gaan.


E-mailabonnees kunnen hier klikken om de film van deze week te zien.


zaterdag 8 december 2018

De aalscholvers van de Donau

Donaulandschap, voor zonsopkomst
Na de passage van de IJzeren Poort vervolgden we onze reis over de Donau, nu op de grens tussen Bulgarije en Roemenië. We zetten koers naar de stad Rouse in Bulgarije en daarna de Donaudelta. Voor eind oktober was de temperatuur aangenaam en we konden op het dek in de zon zitten. Een grote groep aalscholvers steeg op, 'n prachtig gezicht. Reden om eens uit te zoeken hoeveel aalscholvers er verblijven op en rond de Donau. Ik vond een studie, uitgevoerd in maar liefst 22 landen, gecoördineerd door Intercafe. Dat heeft niks met koffie of café te maken, maar het staat voor Interdisciplinary initiative to reduce pan-European cormorant-fisheries conflicts. Of te wel een organisatie die op Europese schaal conflicten wil verminderen tussen vissers en aalscholvers.
Aalscholvers op de Donau
Want jarenlang werd de aalscholver flink bejaagd omdat hij alle vissen voor de commerciële visserij weg zou vangen. Dat beeld is inmiddels genuanceerd, misschien wel dank zij deze organisatie. Afijn, experts uit 22 landen (waaronder Nederland) hebben dus gegevens en kennis aangedragen voor die studie. Ze onderscheiden drie regio's: West Europa, Midden Europa - het zuidelijke deel daarvan is het stroomgebied van de Donau - en Oost-Europa. Geschat wordt dat in deze drie gebieden samen 1,2 miljoen aalscholvers leven. Zo'n 44% van het totaal komt voor rekening van midden-Europa, één derde verblijft in West Europa.
Continentale aalscholvers broeden in bomen 
Vorig jaar filmde ik broedende aalscholvers bij ons eigen Naardermeer. Het filmpje dat ik op YouTube plaatste leidde tot verwonderde reacties uit de UK: "Broeden aalscholvers bij jullie in bomen????, hier zien we ze alleen op rotskusten". Nu ja dacht ik, die hebben we hier niet, dus ze moeten wel in bomen (of op de grond) broeden. Maar het blijkt om twee verschillende soorten te gaan: een Atlantische soort die op kliffen broedt en een continentale soort die de bomen opzoekt.

Alle aalscholvers leven van vis, maar de soorten hangen af van de leefomgeving. In rivieren zoals de Donau eten ze barbeel, voorn, rietvoorn, baars, snoek en paling. Hiervoor duiken ze 2-5 meter diep, maar een duik van 20 meter komt ook voor. In ieder geval gebeurt dat niet in de Donau, waar ons schip met een diepgang van 1,60 meter nauwelijks genoeg water had om te varen :), maar in het Derdap stuwmeer zou dat zo maar kunnen.  Aalscholvers vissen individueel, maar komen ook samen in groepen, waarbij ze gezamenlijk de vissen naar de oppervlakte jagen. Daar kunnen ze hun prooien beter zien. Afhankelijk van hun succes bij de vangst zijn ze 1-4 uur per dag bezig met voedsel zoeken. In de Donaudelta broeden in de zomer 16.000 aalscholverpaartjes, maar nu was er op vogelgebied weinig te beleven. Dat kwam niet alleen door de tijd van het jaar, maar ook door de grote droogte. Met zo'n 5800 km2 is het gebied indrukwekkend groot. Maar onze Nederlandse waddenzee is onderdeel van het grootste estuarium van Europa. Van Texel tot Esbjerg in Denemarken beslaat dit gebied maar liefst 10.000 vierkante kilometer!

E-mailabonnees kunnen hier klikken om het filmpje van deze week te zien. Volgende week het vijfde en laatste filmverslag van onze Donaureis.





zaterdag 1 december 2018

Gevreesde passage in de Donau

IJzeren Poort in de Donau
Tot de jaren '70 van de vorige eeuw werd de zogenoemde IJzeren Poort in de Donau, een passage van ruim 100 km die de grens vormt tussen Servië en Roemenië, door schippers en passagiers met angst en beven tegemoet gezien. Aan beide kanten van de Donau reiken daar bergketens tot 1200 meter hoog. Het verval in dit stuk van de Donau is dubbel zo groot als de 100 km ervoor, waardoor de stroming -zeker bij smalle stukken- sterk en onberekenbaar is. En op de bodem loert ook gevaar, want er zijn rotsen en steenriffen waar je maar beter uit de buurt kunt blijven. Hoeveel schepen er in de loop van de eeuwen zijn vergaan heb ik nergens kunnen vinden, maar tijdens de Tweede Wereldoorlog is er een flink aantal wrakken in de IJzeren Poort achter gebleven. Eind augustus 1944 kwam een Duitse vice-admiraal met 172 schepen vanuit de Zwarte Zee aan bij de IJzeren Poort, achterna gezeten door de Russische Donauvloot. Vòòr de Duitse schepen lag de IJzeren Poort als een bijna onneembare vesting en in de bergen had Stalin's Rode Leger zich verschanst. Slechts enkele schepen wisten te ontsnappen en de Duitsers besloten de overige 150 schepen op te blazen. Sinds de oorlog staken de masten van deze schepen boven het water uit, vooral aan het einde van de zomer als er minder water door de Donau vloeide. Voor de Donauschippers kwamen er dus nog meer obstakels bij. In de jaren 70 wilden de Roemenen de wrakken opruimen, maar dit initiatief strandde toen er mijnen ontploften en opruimers het leven lieten. In 2008 is er uiteindelijk door een Nederlands ingenieursbureau grote schoonmaak gehouden: zij hebben de 20 wrakken die het meest in de weg lagen kunnen verwijderen.
De loop van de Donau, bron Daniel Ullrich, wikimedia
Intussen is het varen niet alleen door het verwijderen van de wrakken minder risicovol geworden. Er is een dam met een stuwmeer aangelegd, dat het waterpeil in de IJzeren Poort met zo'n 40 meter verhoogd heeft. De bouw van de Derdap stuwdam heeft zijn prijs, niet alleen in geld maar ook in de vorm van 17 dorpen die in het water zijn verdwenen en 25.000 mensen die daardoor een andere woonplaats moesten zoeken. De dam is 440 meter lang en 55 meter hoog. Twaalf aggregaten met een vermogen van 3000 megawatt leveren jaarlijks 11 miljard Kwh elektriciteit op, die verdeeld wordt tussen Servië en Roemenië.
De vaart door de IJzeren Poort duurt een aantal uren. Helaas was het vrij somber weer en zelfs wat mistig. Toch kun je in de film zien hoe hoog de bergen oprijzen en ook de passage in de sluis Derdap I, die ons maar liefst 34 meter naar beneden brengt heb ik in beeld gebracht. Daarvoor zie je in de film een impressie van twee Servische steden: Novi Sad en hoofdstad Belgrado.

E-mailabonnees kunnen hier klikken om de film te zien. Volgende keer het vervolg van onze tocht over de Donau.