Posts tonen met het label paardenbloem. Alle posts tonen
Posts tonen met het label paardenbloem. Alle posts tonen

dinsdag 15 april 2025

Verdwijnende paardenbloemen

Welke paardenbloem zou dit zijn?

Tijdens deze zonnige aprildagen ploppen de gele paardenbloemen in veel bermen en grasveldjes op. Lees even deze blog voordat je met een mesje aan de gang gaat om je gazon te ontdoen van deze vrolijke bloeiers, want misschien kijk je er dan met andere ogen naar!

Hoewel je misschien denkt dat er maar één soort paardenbloem is, is niets minder waar. In Nederland komen naar schatting al meer dan 1000 soorten voor. Een  bloeiend weiland kan al meer dan 60 soorten bevatten, een gewone tuin meer dan 25 soorten. Er is een hele variatie in kleur van de steel, vorm van het blad, de vorm van de lintbloemetjes, een behaarde steel of niet, de vorm van de omwindsel bladen en ga zo maar door. Bekijk alle kenmerken hier. De verschillende paardenbloemen zijn niet heel makkelijk te onderscheiden, dat is echt werk voor specialisten. Karst Meijer en Erik van den Ham hebben meer dan 40 jaar studie gedaan naar de paardenbloem en traden daarmee in de voetsporen van professor Van Soest (1898-1983). Prof. J.L.van Soest was de eerste Nederlander die echt serieus een studie maakte van de Nederlandse paardenbloemen. Van Soest was geen professioneel botanicus, maar werkzaam als elektrotechnisch ingenieur en later als directeur aan het Physisch Laboratorium van de toenmalige PTT  in Den Haag. In zijn vrije tijd waren paardenbloemen echter zijn lust en zijn leven. Hij maakte de eerste moderne indeling van de Nederlandse paardenbloemen en een determinatietabel. Inmiddels zijn er door zijn opvolgers uitgebreide determineersleutels gemaakt en verschijnt er aan het eind van de maand een veldgids die volledig is gewijd aan paardenbloemen. Hiervoor is jaren veldstudie gedaan en een flink herbarium aangelegd. Kijk maar eens rond op hun website.

Paardenbloemenveldje in 2004

Helaas komt de paardenbloem steeds minder voor en zijn de vele soorten grotendeels verdwenen en/of nooit vastgesteld. De eerder genoemde 60 soorten per weiland zijn verleden tijd. Als je geluk hebt staan er nog enkele soorten. De paardenbloemen zijn verdreven naar onze bermen, tuinen en parken, maar staan te trappelen om weer terug te keren naar hun oorspronkelijk areaal. Als de insecten in het vroege voorjaar weer tot leven komen,  vinden ze de bloeiende paardenbloemen als waardevolle voedselbron. De achteruitgang van weidevogels is ook duidelijk te koppelen aan de verdwijning van de paardenbloemen uit de weidegebieden. Want juist als de kuikens uit hun eieren waren gekropen, vonden ze op snavelhoogte hun voedsel op de bloeiende paardenbloemen.

Ik heb een klein empirisch onderzoekje gedaan. Ik herinnerde mij dat ik in 2004 (tijdens mijn gidsencursus) een foto van een paardenbloemenveldje had gemaakt in het Weteringpark (zie boven). Onlangs heb ik hetzelfde veldje nog eens gefotografeerd (toevallig rond dezelfde datum als in 2004), met onderstaand resultaat.

Geen paardenbloemenveldje meer in 2025

Achter een boom vond ik nog welgeteld één rozet met vier bloeiende paardenbloemen.

Laatste paardenbloemen van het veldje (2025)

Om paardenbloemen de aandacht te geven die ze verdienen is de laatste zondag van april (27 april dit jaar) uitgeroepen tot de Internationale Dag van de Paardenbloem. Struin je die dag niet over de rommelmarkt maar door je wijk of in de natuur, plaats dan een foto van een paardenbloem op je sociale mediakanalen om deze soort in het zonnetje te zetten. Wist je dat je ook culinair kunt genieten van de paardenbloem, in de vorm van sla, siroop, kappertjes van de bloemknoppen en meer? Klik hier voor tips. Oogst de bladeren en bloemen vooral in je tuin waar geen honden of katten hun behoefte doen :(.

Paardenbloem met dagpauwoog
Dit is een andere soort paardenbloem dan die
op de foto bovenaan mijn blog

vrijdag 18 juni 2021

What's in a name: plantjes met opvallende namen

Bonte gele dovenetel

Aan het eind van de koude meimaand werd dan toch alles groen en lieten ook de planten zich eindelijk zien. In het filmpje van deze week zie je er vier met een 'rare' naam: look-zonder-look, paardenbloem, fluitenkruid en gele dovenetel. Om met die laatste te beginnen: wat is eigenlijk een 'dove' netel? Ook andere netels (zoals brandnetels) kunnen immers niet horen. De naam dovenetel komt van de oude betekenis doof = niet werkend, gedoofd. De bladeren en stengels lijken sterk op die van de brandnetel, maar hebben geen netels met mierenzuur. Dovenetels groeien in dezelfde stikstofrijke, redelijk natte omgeving als brandnetels, bijvoorbeeld in bermen en bosranden. De gelijkenis tussen de twee is daarom een geval van mimicry (nabootsing). De meeste dieren die kennisgemaakt hebben met de brandnetel, zullen de dovenetel met rust laten waardoor hij minder van vraatschade te duchten heeft. Er zijn witte, paarse en gele dovenetels. De gele is het zeldzaamst: ze komt vooral in Zuid-Limburg voor en is zeldzaam in de rest van Limburg, Brabant, Gelderland en kleiige delen van Zeeuw-Vlaanderen. In de andere delen van ons land is ze nauwelijks te vinden. Er is ook een ondersoort die zich kenmerkt door grote witte vlekken op de bladeren. Deze bonte gele dovenetel wordt veel als tuinplant en stinsenplant aangetroffen. Die variant kwam ik tegen in het stadspark, de plantjes vormden een hele mat onder de bomen. 

Ook paardenbloemen komen vaak op één plek in groten getale voor. De plant is heel gewoon en over de naam had ik eigenlijk nooit eerder nagedacht. Tot het begin van de 20ste eeuw was er geen officiële Nederlandse naam voor deze plant. In elke streek heette ze anders; er zijn 86 geregistreerde volksnamen voor de huidige paardenbloem. In Drenthe heet ze hondstong, de Groningers kennen haar als hondenbloem. In Limburg en België noemen ze de plant pissebloem. In 1906 heeft een commissie van de KNNV bepaald dat de plant paardenbloem zou gaan heten. De betekenis is vermoedelijk 'nutteloze of waardeloze bloem'. Daarmee doe je de plant wel tekort, lees mijn eerdere blogje er maar eens op na. 

Look-zonder-look
Look-zonder-look heeft een duidelijke knoflookgeur, als je het blad kneust kun je dat ruiken, maar ook de wortels en zelfs de zaden verspreiden die knoflooklucht. Toch hoort de plant niet bij de uienfamilie. Ze hebben geen ui aan de basis van de stengel, maar een penwortel. Dus wel de geur, maar geen familieband, vandaar de naam look-zonder-look.

Tenslotte zie je in de film ook fluitenkruid. Een kruid dat niet kan fluiten :). Maar met een beetje moeite kun je er wel een fluitje van knutselen dat echt werkt. Bekijk dat maar eens in dit filmpje. Verwissel het fluitenkruid echter niet met giftige varianten van deze familie zoals de (reuzen)berenklauw. Dus check wel even of je de juiste plant hebt gebruikt voor je een deuntje blaast. Bekijk deze planten in het filmpje van deze week, waarin de kleuren groen, geel en wit centraal staan, door hier te klikken




woensdag 8 april 2020

Honderd bloemetjes in één

Madeliefje tussen het speenkruid
Nu de lente losbarst zal ik af en toe een extra blogje schrijven. 's Avonds is het sinds het ingaan van de zomertijd al weer langer licht. In onze semi-wilde voortuin filmde ik in de avondzon de bloemetjes die het gras versieren: blauwe druifjes, speenkruid, vogelmuur, paardenbloem en het madeliefje. In de plantenwereld is de familie van de composieten of wel samengesteldbloemigen met meer dan 20.000 soorten één van de grootste. Samengesteldbloemig wil zeggen dat de plant twee soorten bloemen heeft. De paardenbloem hoort bij deze familie en heeft lintbloemen (de slippen aan de buitenkant die vijf 'tandjes' hebben) en buisbloemen (in de kern). Ook het madeliefje is een composiet: de witte blaadjes aan de rand zijn straalbloemen, die hebben drie 'tandjes' en het gele hartje zijn buisbloemen. Elk madeliefje heeft ongeveer honderd buisbloemetjes, die elk een zaadje kunnen opleveren. Niet alleen via dit zaad plant het madeliefje zich voort. In de oksels van bladeren groeien stengels die een nieuwe bladrozet kunnen vormen. Hierdoor vormen madeliefjes vaak 'matjes' van bladeren tussen het gras. Veel planten die moeten concurreren met andere gewassen creëren met behulp van zo'n bladrozet een beetje ruimte voor zichzelf en houden hiermee naburige planten op afstand.
Isjtarpoort, Babylon
Door fotograaf ALE! wikimedia
Het plantje komt in vrijwel heel Europa en grote delen van Azië voor. Afbeeldingen van de bloemhoofdjes sieren mozaïeken op de oude stadspoorten van Babylon, die dateren uit 575 voor Christus. Het madeliefje stond symbool voor Isjtar, de godin van vruchtbaarheid, liefde, seks en oorlog. In onze streken wordt het plantje in verband gebracht met de heilige maagd Maria.  Bekijk mijn filmpje via deze link voor de beste resolutie.




zaterdag 11 mei 2019

Lang leve de paardenbloem

Een paardenbloemplant produceert
veel zaad met hoge kiemkracht
Ik weet niet of alle gazonbezitters het eens zijn met de titel van dit blog, maar ik doel hier voornamelijk op de leeftijd van deze plant. Want een paardenbloem kan wel 15 jaar oud worden. Met een bladrozet van 20 à 30 cm doorsnee en een worteldiepte van 3 tot 4,5 meter is deze plant moeilijk te bestrijden. Schoffel je het rozet weg, dan ontspruiten er al snel nieuwe planten uit de wortel. De plant is winterhard tot een graad of -35 à -40 Celsius. Na de bloei vormt zich een bol met zaadpluis van zogenaamde 'nootjes' met een parachuutje eraan, die door de wind tientallen kilometers kunnen worden weggevoerd. De paardenbloem maakt er tussen de 54 en 172 per bloem, wat per plant kan oplopen tot zo'n 5000. En die hebben dan ook nog eens een kiemkracht van 90%. Kortom: een doorzetter van formaat.
Een paardenbloem kan 15 jaar worden

Hier valt als mens alleen nog van de nood een deugd te maken. Om te beginnen leveren de paardenbloemen in het vroege voorjaar nectar voor insecten, op een moment dat er nog niet veel te halen valt. Dat is pure winst voor onze bestuivers. De meeste delen van de plant zijn eetbaar (behalve de steel met het melksap). Ik heb wel eens paardenbloemen bereid met een pannenkoekbeslag, gebakken in een pan. Ik moet zeggen dat de poedersuiker het meest smaakvolle aan het geheel was :). In Groenland (dat lang niet zo groen is als de naam doet vermoeden) kregen we paardenbloemblad als salade opgediend, bij gebrek aan andere groente. De bladeren bevatten veel vitamine C. Het smaakte enigszins bitter, maar wel lekker.  Om van die bittere smaak af te komen kun je de bladeren even blancheren of roerbakken zoals spinazie. Ook wordt de rozet wel met aarde of een pot bedekt, de gele stelen die dan te voorschijn komen noemt men molsla en zijn in Frankrijk een delicatesse. Van de geroosterde wortels kan surrogaatkoffie worden gemaakt. De Britten brouwen zelfs bier van deze plant (Dandelion stout).
De Britten maken er bier van
De Russen maakten van paardenbloemen een echte productieplant voor.... rubber! In 1941 werd in de voormalige Sovjet Unie 67.000 hectare paardenbloemen geteeld voor de productie van rubber uit het melksap. Dat was overigens niet onze 'gewone' paardenbloem maar de variant Taraxacum koksghyz. Per hectare leverden de paardenbloemen 150 kg rubber. Ter vergelijking: de rubberboom in de tropen levert 2000 kg per hectare. Toch voorzag de Sovjet-productie in die tijd in 30% van de rubberbehoefte.
Tenslotte is de plant ook gewoon mooi om te zien. Op een ochtend zag ik bij zonsopgang een overhoekje met uitgebloeide paardenbloemen. Ik heb twee uur lang genoten van de opkomende zon, de nevel die boven de velden hing en het prachtige licht in het paardenbloempluis, dat helemaal vol hing met pareltjes dauw. Geniet mee in het filmpje van deze week (e-mailabonnees klik hier).



dinsdag 22 mei 2018

Planten zonder vader

Hoewel het nog lente is, maken de eerste planten al zaad. De tulpen in mijn tuin hebben hun mooiste tijd gehad en de bladeren verdorren en vallen af. De groene zaaddozen worden zichtbaar. Het heldere geel van de paardenbloemen heeft plaatsgemaakt voor een mooie bol met pluis. Beide soorten doen aan ongeslachtelijke voortplanting, ofwel voortplanting waarbij slechts één ouder betrokken is. Onze prachtige bloeiende bollenvelden zijn daarvoor bedoeld. Ze zijn er niet om onze ogen te strelen met hun kleurenpracht maar feitelijk zit het belangrijkste deel van die tulpenvelden onder de grond. De tulpen worden op het hoogtepunt van hun bloei afgesneden en nadat het loof is afgestorven, worden de bollen gerooid. Die hebben zich inmiddels opgesplitst in kleinere bolletjes waarvan de grootsten volgend jaar weer zullen bloeien. Die bolletjes zijn dus klonen van de moeder. Om nieuwe tulpenrassen te kweken is er overigens wel geslachtelijke voortplanting nodig. Dan breng je genetisch materiaal van een vader (stuifmeel) op een stamper (moeder) over, vaak doen veredelaars dat handmatig om niets aan het toeval over te laten. Het vruchtbeginsel van de moederplant ontwikkelt zich tot een zaaddoos. In het najaar zaait de veredelaar het zaad en dan moet hij zo'n zeven jaar geduld hebben eer hij het resultaat van zijn kruising goed kan beoordelen. In het tweede jaar worden de eerste bolletjes geoogst, maar het duurt zeker tot het zesde jaar eer de eerste tulpenbloem zichtbaar wordt bij sommige zaailingen, het jaar daarna zijn zo'n beetje alle zaailingen in bloei en kan de kweker kijken of er iets goeds bij zit. Dan moet hij nog productie gaan maken om te zorgen dat hij voldoende bollen heeft om te verkopen. Het duurt vaak 15 jaar van zaad tot verkochte bollen.


Bij de paardenbloem is er sprake van ongeslachtelijke voortplanting via zaad, met andere woorden: de bloem hoeft niet bestoven te worden om zaad te vormen. Dat betekent dat het genetische materiaal van de bloem alleen afkomstig is van de moeder. Er zijn dus nauwelijks genetische verschillen tussen die paardenbloemen, maar ze kunnen qua vorm wel iets van elkaar verschillen. Ze worden daarom microsoorten genoemd en zijn voor een leek niet van elkaar te onderscheiden. In Nederland zijn er ruim 250 microsoorten in kaart gebracht door specialisten.
In het filmpje kun je deze keer genieten van vergane tulpenglorie en zaadpluis in het late avondlicht. E-mailabonnees kunnen hier klikken om het filmpje te bekijken.




Eén van mijn volgers op Youtube, heeft een timelapsefilmpje gemaakt van de ontwikkeling van de zaadbol van de paardenbloem. Je ziet hoe de zaadbodem zich van hol naar bol vormt waardoor het pluis uiteindelijk in een mooie ronde bol komt te staan. Bekijk hier het filmpje van Rüdiger Hartmann.