Al in de winter kun je de zang van de heggenmus horen, vaak het eerste moment dat het vogeltje überhaupt opvalt in je tuin. Heggenmussen zijn geen familie van de huis- of ringmus, maar het kleurenpalet van hun veertjes is niet veel anders: grijs met zachtbruin. Het verenpatroon is wel anders, met zwak gestreepte zijkanten en een bruinzwart gestreepte bovenkant. Waar mussen dikke snavels hebben om zaad mee te eten, verraadt het spitse dunne snaveltje van de heggenmus dat we hier te maken hebben met een insecteneter. De afgelopen week zong de heggenmus in mijn tuin volop. Regelmatig zag ik er twee, dus ergens zullen ze binnenkort wel een nestje maken. Grote kans dat het dan niet bij twee heggenmusjes blijft, want vaak mondt zo'n nest uit in een trio. Een paartje laat namelijk vaak een tweede mannetje toe in het territorium. Het dominante mannetje zit daar eigenlijk niet op te wachten, maar het vrouwtje bepaalt dat zo'n tweede (minder dominante) man wel handig is. Hoewel het dominante mannetje dat probeert te verhinderen, paart ze met allebei. Dat paren gebeurt een groot aantal keren, 1-2 keer per uur, gedurende een dag of 10. Voor de paring pikt het mannetje het vrouwtje in de cloaca (het geslachtsorgaan waar ook de eieren en de uitwerpselen uit komen). Dat zorgt er voor dat er eventueel zaad van een voorganger uit haar cloaca komt en dat de kans groter is dat juist hij de vader wordt van het nageslacht. Arend Vermazeren is er in geslaagd dat moment op foto vast te leggen.
Foto: Arend Vermazeren, wikimedia
Maar wat is nu het nut van het tolereren van zo'n tweede mannetje? Allereerst proberen de heggenmussen daarmee te voorkomen dat het tweede mannetje het legsel gaat vernielen om zo zelf met het vrouwtje te kunnen paren. En daarnaast helpt het tweede mannetje een snaveltje bij het verzorgen van de kleintjes die uit het ei kruipen. Overigens kan het dus ook zo zijn dat die twee mannetjes elders nog een liefje hebben, waarbij ze ook voor een deel van de broedzorg opdraaien. Wie dan precies de vader is van welk kleintje, blijft een raadsel.
In mijn filmpje hoor je de heggenmus uitbundig zingen, het klinkt als een 'piepend wieltje'. Verder hoor je de luide trillers van het winterkoninkje, het pompende liedje van de koolmees en het gekwetter van de spreeuw.
E-mailabonnees kunnen hier klikken om het filmpje te bekijken.
Eindelijk! Het insectenseizoen is weer begonnen. Gisteren hoorde ik de eerste hommel in de tuin. Hij zoemde rond de smeerwortel en het longkruid, twee planten die nu al nectar leveren. Ik heb geprobeerd het geluid op te nemen, als je goed luistert kun je het in het filmpje horen. De foto van de hommel heb ik vorig jaar genomen, toen hij nectar 'stal' uit de akelei. Met hun korte tong kunnen hommels niet bij de nectar in het puntje, maar dat lossen ze op door in te breken. Met hun kaken bijten ze een gaatje in de top. Datzelfde doen ze trouwens ook bij smeerwortelbloemetjes.
De heggenmus zingt de laatste dagen volop, tussen het koeren van de tortels door, hoor je de korte riedeltjes die doen denken aan een piepend wieltje. De koolmees zingt zijn pompende en, in mijn oren, eentonige liedje om een vrouwtje te veroveren. Ik hoop dat ze onze nestkast weer uitkiezen voor een nestje. Vorig jaar zijn er vijf kleintjes uitgevlogen terwijl ik lekker lui in mijn tuinstoel zat. Ze bleven nog een tijdje in moeders kielzog rondfladderen. Ook de vinkenslag heb ik al weer gehoord. Vinken leven, in tegenstelling tot hun soortgenoten de putters en groenlingen, niet in groepjes maar solitair. Met de vinkenslag bakenen ze een flink territorium af en 'slaan' wel een paar duizend keer op een dag.