zondag 12 november 2023

Nog meer paddenstoelen uit de Vijlenerbossen

Herfst in de Vijlenerbossen

Vorige week beschreef ik een aantal paddenstoelen die we tegenkwamen tijdens een wandeling in de Vijlenerbossen (Zuid-Limburg). Zoals beloofd, laat ik er deze keer nog een aantal zien. 

Een soort die we erg veel tegenkwamen die dag was de gele aardappelbovist.

Gele aardappelbovist

Deze aardappelkleurige ballen behoren tot de paddenstoelen die samenwerken met bomen (zie mijn blog van vorige week), vooral met de zomereik in dit geval. Als je de bol opensnijdt heb je een soort grapefruit (witte schil) maar dan met bruine vulling. Dat zijn de sporen, die vrijkomen als de buitenste laag is uitgedroogd en opengespleten.

Door Herbert Baker at Mushroom Observer, wikimedia

In tegenstelling tot de aardappel, kun je deze paddenstoel beter niet eten: hij is giftig. Je gaat er van braken en zweten, krijgt hoofdpijn en je bloeddruk kan zo laag worden dat je flauwvalt of zelfs bewusteloos raakt. Ook kan het leiden tot een roes of stoornissen van het gezichtsvermogen. En dit alles binnen een half uur tot drie kwartier na het eten van de bovist. Niet aan te raden dus. 

De Roodporiehoutzwam groeit op dood hout (soms ook nog levend) van loofbomen veelal op berk, wilg en els. Vaak op nog rechtstaande stammen, takken en stronken.
Een goed kenmerk bij deze eenjarige houtzwam is de rode verkleuring van de poriën aan de onderzijde die na indrukken meestal ontstaat.

Roodporiehoutzwam

De zwam breekt dood hout af en helpt zo mee om 'de rommel' in het bos op te ruimen en voedingsstoffen opnieuw beschikbaar te maken. In sommige landen worden de kurkachtige vruchtlichamen vermalen, tot vellen geperst en gedroogd om papier met een bijzondere kleur en textuur te produceren. 

Ook de witte bultzwam is zo'n opruimer, die met name oud beukenhout door middel van witrot aantast en zo langzaam in kleine stukjes uiteen laat vallen. 

Witte bultzwam

De naam komt van de vaak bultige aanhechting. De vruchtlichamen kunnen flinke afmetingen hebben (5 tot 20 cm). Ze zijn in de vorm van een waaier of een console aan de groeiplaats gehecht en bij de aanhechtingsplaats dikwijls bultvormig verdikt. Het oppervlak van de paddenstoel is "viltig" of "donzig" van textuur, crème, grijswit of grijsbruin van kleur, van concentrische kleurzones voorzien en plaatselijk dikwijls groenachtig vanwege de groei van algen. De paddenstoel bevat polysacchariden met ontstekingsremmende en vaatbeschermende eigenschappen en stoffen die de groei van bacteriën kunnen remmen. In hoeverre deze ook medicinaal worden toegepast weet ik niet.

Tot slot nog een foto van het gewone zwavelkopje, waaraan ik al eens een blog heb gewijd. Klik hier om dat te lezen. 

Gewoon zwavelkopje



Geen opmerkingen: