dinsdag 26 juli 2016

Vliegend hert - wie mooi wil zijn moet pijn lijden

Dit weekend ging een lang gekoesterde wens in vervulling. Op de Veluwe zagen we een prachtig mannetje van het vliegend hert, Nederlands grootste insect dat wel 9 centimeter lang kan worden. Of dat daadwerkelijk zo uitpakt, hangt vooral af van de voedselcondities en leefomstandigheden (temperatuur) van de larve. Het voedsel van de larve bestaat uit (eiken)hout dat door witrot of eikenrot is aangetast. Het insect komt dus voor in bossen waar dode bomen niet worden opgeruimd, maar langzaam kunnen vergaan. Het vrouwtje legt enkele tientallen eitjes tegen het hout in gangen die ze zelf gegraven heeft. Daaruit ontwikkelen zich larven die in gunstige omstandigheden 4 jaar onder de grond blijven en onder slechte voedselcondities wel acht jaar. Het vliegend hert kent, net als vlinders, een volledige gedaanteverwisseling. Als de larve een centimeter of 10 is, wordt er een cocon gevormd van aarde, zo groot als een kippenei. Na de verpopping komen de mannetjes te voorschijn met imposante kaken. Deze zijn, voor de paar weken dat zij nu nog leven, vooral bedoeld om vrouwtjes te imponeren en rivalen te verslaan. De kaken zijn in feite zo onhandig dat ze er nauwelijks mee kunnen bijten en ook vrijwel niet mee kunnen eten. Het vrouwtje heeft kleinere kaken maar kan daar mee eten en flink mee bijten. Vliegende herten zijn echte zoetekauwen en voeden zich met boomsappen. Het schijnt dat mannetjes niet alleen vrouwtjes voor zich winnen om te kunnen paren, maar ook om zich te laten voeden met plantensappen door diezelfde vrouwtjes. Simpelweg omdat ze het zelf niet kunnen. De naam van het beestje is afgeleid van de gewei-achtige kaken. In Nederland zijn nog maar enkele populaties van deze kever te vinden, voornamelijk op de Veluwe en zuid en midden Limburg. De soort is wettelijk beschermd, kijken mag, oppakken en verstoren niet! Meer informatie over dit insect vind je op de site van EIS Nederlands en Wikipedia.



Geen opmerkingen: