Zwammen vermeerderen zich door te gaan 'bloeien' met paddenstoelen en zo hun sporen te verspreiden. Honingzwammen hebben echter nog een andere manier om zich te verspreiden, namelijk via rhizomorfen. Dit zijn bundels draden van de zwamvlok die met een zwart melaninelaagje zijn omhuld. Het pigment melanine beschermt ze tegen inwerking van zuren. Omdat die zwarte draden wel iets hebben van schoenveters, spreekt men in het Engels wel van een shoestring fungus (schoenveterzwam). Die rhizomorfen kunnen groeihormonen van beschadigde boomwortels op een afstand ontdekken en groeien er dan naar toe. Dat gaat met een snelheid van een meter per jaar. Ze dringen tussen de bast en het kernhout van de stam in het zogenaamde cambium. Dit is het levende weefsel van de boom waardoor het transport van water en voedingstoffen plaatsvindt. Hier breidt de zwam zich langzaam uit en doodt het levende weefsel. De boom redt het dan niet. Achter de schors van zo'n dode boom kun je het uitgebreide netwerk van rhizomorfen nog zien, zoals in het filmpje dat ik maakte op landgoed Huys te Warmont, dat bekend staat om de vele paddenstoelen die er te vinden zijn. Levende rhizomorfen lichten trouwens op in het donker. Tijdens de Eerste Wereldoorlog droegen soldaten stukjes hout met rhizomorfen op hun helm, zodat ze in het donker niet tegen elkaar liepen. Tenslotte helpen rhizomorfen om de zwamvlok zo groot mogelijk te maken. Een Sombere honingzwam die in de Amerikaanse staat Oregon groeit, is naar schatting 2400 jaar oud en heeft een ondergronds mycelium (zwamvlok) met een omvang van 890 hectare. Dat maakt deze schimmel het grootste levende wezen ter wereld.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten